André Volten werd geboren in het Westfriese Andijk en volgde in 1945 een korte opleiding in Amsterdam aan het Instituut voor Kunstnijverheidsonderwijs, maar vertrok in 1946 reeds voor een periode van 4 jaar naar Brussel. Door zijn vriendenkring aldaar ontwikkelde zich snel zijn belangstelling voor de abstracte kunst. Na zijn terugkeer naar Amsterdam in 1950 werd hij van de abstract-expressionistische schilder die hij was een non-figuratief beeldhouwer, mede door zijn activiteiten als lasser op de scheepswerf van de NDSM in Amsterdam-Noord.
Vanaf 1953 en zeker na 1954, het jaar waarin hij medeoprichter was van de kunstenaarsgroep Liga Nieuw Beelden, behoorde Volten tot de groep beeldhouwers, die zich intensief bezighield met de rol van de kunst in de openbare ruimte. Dit heeft talrijke, constructivistische sculpturen opgeleverd in vele steden in Nederland en daarbuiten. Vanaf eind zestiger jaren voerde Volten zijn beelden in toenemende mate uit in roestvast staal, vaak ook gebruikte hij graniet en cortenstaal.
Zijn oeuvre droeg in belangrijke mate bij aan de integratie van beeldende kunst in de publieke ruimte. In 1996 kreeg Volten voor zijn werk de belangrijke Oeuvreprijs van het Fonds voor Beeldende Kunsten, Vormgeving en Bouwkunst. Zijn werken bevinden zich onder andere in de collecties van het Kröller-Müller Museum, het Lehmbruck-Museum in Duisburg, de Kunsthalle Mannheim in Mannheim en het Skulpturenmuseum Glaskasten in Marl.